Toepassing van het remuneratiebeleid op de leden
van het Uitvoerend Management
Principes
De remuneratie voor het Uitvoerend Management wordt
bepaald op voorstel van het Nominatie- en Remuneratie
comité waarbij rekening wordt gehouden met benchmark-
gegevens resulterende uit externe surveys, en waarbij erover
gewaakt wordt dat de verhouding tussen het vast en variabel
deel van het remuneratiepakket afgestemd is op de praktijk
bij andere vergelijkbare beursgenoteerde ondernemingen
evenals dat de remuneratie marktconform is rekening
houdende met de waargenomen taken, verantwoordelijk
heden, managementobjectieven en de gerealiseerde
waardecreatie.
Zo werd in 2015 het vergoedingspakket voor het Uitvoerend
Management voor de boekjaren 2015-2016 vastgelegd.
Bij de vaststelling van de concrete objectieven voor het
boekjaar 2016, heeft de Raad van Bestuur de parameter
courante EBITDA gehanteerd voor het bepalen van de
kwantitatieve management
objectieven daar zij van oordeel
is dat dit de relevante maatstaf blijft voor het meten van de
evolutie van de waardecreatie binnen de onderneming’. Bij de
beoordeling van de realisatie wordt rekening gehouden met
de evolutie van de courante EBITDA van de mature bioscoop-
complexen (zijnde deze die meer dan drie jaar deel uitmaken
van Kinepolis Group) versus de de door de Raad van Bestuur
gestelde targets evenals met de evolutie van de expansie
dossiers versus de businessplannen.
De
kwalitatieve objectieven
houden verband met de verdere
groei en ontwikkeling van de onderneming, de verdere
ontwikkeling van de ‘Talent Factory’, de versterking van
de ICT organisatie en de verdere optimalisatie van de
managementrapportering en bedrijfsprocessen en -modellen.
Alle objectieven werden dusdanig geformuleerd dat zij niet
alleen de kortetermijn doelstellingen van de Groep bewerk-
stelligen doch evenzeer de langetermijn doelstellingen.
Voormelde doelstellingen worden in het begin van het
boekjaar 2017 geëvalueerd en bij realisatie ervan zullen de
variabele vergoedingen met betrekking tot de prestaties van
het afgelopen boekjaar uitgekeerd worden.
Toepassing
In 2016 evalueerde de Raad van Bestuur de objectieven die in
het boekjaar 2015
dienden gerealiseerd te worden en stelde
zij vast dat inzake de kwalitatieve objectieven, de vooropge-
stelde milestones behaald werden of minstens voldoende
concrete vooruitgang geboekt werd en dat inzake de
kwantitatieve objectieven de doelstellingen ruimschoots
overschreden werden
De Raad besloot dan ook, na advies van het Nominatie- en
Remuneratiecomité, om de variabele vergoeding gelinkt aan
de kwalitatieve en kwantitatieve doelstellingen integraal toe
te kennen. Gelet de uitzonderlijke resultaten, de aanzienlijke
inspanningen inzake expansie en de succesvolle integratie
van de overgenomen bioscopen, werd tevens besloten om
een uitzonderlijke bonus ten bedrage van € 60 000 aan
dhr. Duquenne toe te kennen.
Verder werd vastgesteld dat de voorwaarde voor het
toekennen van het resterende saldo van de outperformance
bonus 2014, met name de realisatie van de onderliggende
businesscases voor de overgenomen complexen te Madrid en
Alicante en voor de Group Wolff, gerealiseerd werd, zodat
betreffend saldo ten bedrage van € 65 000 in 2016 uitge-
keerd werd.
Tenslotte kan vermeld worden dat ingevolge contractuele
afspraken gemaakt vóór 1 juli 2009, bij een vroegtijdige
beëindiging van het contract van één van de leden van het
Uitvoerend Management, in geval van een wijziging van de
controle over de Vennootschap, de opzegvergoeding 24
maanden vaste vergoeding evenals het pro-rata gedeelte van
de variabele vergoeding over het lopende jaar kan bedragen.
46
KINEPOLIS GROUP
JAARVERSLAG 2016
03 / VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR




