Latere uitgaven
De kostprijs van de vervanging van een deel van een materi-
eel vast actief wordt in de boekwaarde van dat actief
opgenomen indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige
economische voordelen met betrekking tot het actief aan de
Groep zullen toekomen en de kostprijs van het actief
betrouwbaar kan worden bepaald. De kosten van het
dagelijks onderhoud van materiële vaste activa worden als
last in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer zij
worden gemaakt.
Afschrijvingen
Afschrijvingen worden ten laste genomen van de winst-
en verliesrekening volgens de lineaire methode over de
verwachte gebruiksduur van het materieel vast actief en van
de grotere componenten van een actief die afzonderlijk zijn
opgenomen. Ze starten wanneer het actief bedrijfsklaar is.
De restwaarde, gebruiksduur en afschrijvingsmethode
worden jaarlijks beoordeeld. De terreinen worden niet
afgeschreven.
De geschatte gebruiksduur is de volgende:
★
★
gebouwen: 30 jaar
★
★
inrichting gebouw: 5 – 15 jaar
★
★
computers: 3 jaar
★
★
machines en toestellen: 5 – 10 jaar
★
★
meubilair en voertuigen: 3 – 10 jaar.
VASTGOEDBELEGGINGEN
Een vastgoedbelegging is vastgoed dat wordt aangehouden
om huuropbrengsten of een waardestijging of beide te
realiseren, maar dat niet is bestemd voor de verkoop in het
kader van de normale bedrijfsvoering, voor gebruik in de
productie of levering van goederen of diensten of voor
administratieve doeleinden.
Een vastgoedbelegging wordt opgenomen aan kostprijs,
verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en bijzondere
waardeverminderingsverliezen. Zodoende zijn de waarde-
ringsregels, uiteengezet onder de hoofding ‘Materiële vaste
activa’, van toepassing.
Huurinkomsten uit vastgoedbeleggingen worden verwerkt
zoals hieronder beschreven in de waarderingsregel in verband
met de ‘Opbrengsten’.
IMMATERIËLE ACTIVA
Goodwill
Tot en met 2009 werd de goodwill bepaald als het verschil
tussen de aankoopprijs en het aandeel van de Groep in
de reële waarde van de verworven identificeerbare
netto-activa.
Vanaf 2010 geldt de volgende waarderingsregel. Goodwill die
ontstaat ten gevolge van een acquisitie, wordt bepaald als
het verschil tussen de reële waarde van de overgedragen
vergoeding plus de boekwaarde van enige minderheidsbelan-
gen in de overgenomen onderneming, of het aandeel in het
eigen vermogen van de overgenomen onderneming indien de
overname in stappen gebeurt, enerzijds, en het aandeel van
de Groep in de reële waarde van de verworven identificeer-
bare activa en passiva, anderzijds. Indien dit verschil negatief
is, wordt het onmiddellijk in de winst- en verliesrekening
opgenomen.
Goodwill wordt gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met
de bijzondere waardeverminderingen. Voor geassocieerde
ondernemingen bevat de boekwaarde van de investering in
de onderneming ook de boekwaarde van de goodwill.
Goodwill wordt niet afgeschreven. In plaats daarvan wordt
jaarlijks getoetst of er sprake is van een bijzondere
waardevermindering.
Overige immateriële activa
Overige immateriële activa verworven door de Groep,
worden gewaardeerd aan kostprijs verminderd met de
gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminde-
ringen (zie verder). Kosten voor intern gegenereerde goodwill
en merken worden als kost in de winst- en verliesrekening
opgenomen op het moment dat deze zich voordoen.
Intern ontwikkelde immateriële activa
Met ontwikkelingsactiviteiten is een plan of ontwerp voor de
productie van nieuwe of wezenlijk verbeterde producten en
processen gemoeid. Intern ontwikkelde immateriële activa
worden in de balans opgenomen wanneer de ontwikkelings-
kosten betrouwbaar kunnen worden bepaald, het product of
proces technisch en commercieel haalbaar is, de toekomstige
economische voordelen waarschijnlijk zijn en de Groep van
plan is en over voldoende middelen beschikt om de ontwikke-
ling te voltooien en het actief te gebruiken of te verkopen.
De kost van intern ontwikkelde immateriële activa bevat alle
kosten die direct toewijsbaar zijn aan het actief.
De overige ontwikkelingskosten en uitgaven voor
onderzoeksactiviteiten worden als last in de winst- en
verliesrekening opgenomen wanneer zij worden gemaakt.
Latere uitgaven
Latere uitgaven voor geactiveerde immateriële activa worden
enkel in de balans opgenomen wanneer ze de toekomstige
economische voordelen eigen aan de activapost waaraan ze
verwant zijn, vergroten. Alle andere uitgaven worden
beschouwd als kosten die in de winst- en verliesrekening
worden opgenomen wanneer zij zich voordoen.
64
05 / FINANCIEEL RAPPORT
KINEPOLIS GROUP
JAARVERSLAG 2014




